Voordat de pup in huis komt wordt zijn of haar komst natuurlijk zorgvuldig voorbereid. Dit hoofdstuk gaat over de eerste dagen en nachten, zindelijk maken, hoeveel voeren, bezoek aan de dierenarts, welk speelgoed, leren apporteren, communicatie met de hond, kortom: alles wat je als nieuwe eigenaar graag wilt weten en rekening mee moet houden.

 

Voordat de pup komt

Voor een Stabij reu en teef en een Wetterteefje heb je bench maat 92 nodig. Voor een Wetterhoun reu is dit mogelijk net te klein en heb je de maat 106 nodig. Deze kan in eerste instantie het best in de woonkamer gezet worden, het liefst tegen een muur maar wel zodanig dat de pup de boel kan overzien. Maak de ruimte voor de pup heel klein door er bijvoorbeeld een paar dozen of kratten in te zetten, of koop er een scheidingspaneel bij wat er precies in past. Als je voor een bench voerbak kiest kan deze alvast in het deurtje gehangen worden. Alle kleine prulletjes zijn van de vloer en de bedrading is netjes weggewerkt. Zorg ook dat kinderspeelgoed niet door de pup gepakt kan worden. Als je een gladde vloer hebt is het raadzaam om een mat neer te leggen. Wil je liever geen mat zorg dan dat de pup niet alle kanten uit glijdt omdat hij bijvoorbeeld te enthousiast achter een speeltje aanrent. Dat soort spelletjes kunnen dan beter buitenshuis gespeeld worden. Je krijgt van ons een halsbandje en een riempje, enkele speeltjes uit het nest, wat snoepgoed en kauwmateriaal en voeding voor de komende maanden. (het voer bieden we aan tegen een zeer gereduceerd tarief.)

 

 

De pup mag mee

De chipper van de Raad van Beheer is geweest en heeft een identificatiechip ingebracht bij de pups en DNA materiaal afgenomen. De dierenarts is geweest voor een algehele check en eventuele vaccinatie en de NVSW heeft een nestbezoek gebracht  en dan is eindelijk de dag aangebroken dat u de pup mag komen halen. Wij hebben de strikte regel dat een pup tot uiterlijk 13.00 uur gehaald mag worden. Reden is dat hij op die manier nog een hele tijd heeft om te wennen aan de nieuwe situatie voordat hij en u, gaan slapen. Het aankoopbedrag plus de kosten van het voer moeten op mijn rekening zijn bijgeschreven of contant worden betaald. (de pup gaat nooit op de pof mee!) U koopt van ons een grote zak puppyvoer tegen een zeer gereduceerd tarief, zodat U de eerste twee maanden eten hebt voor de hond en niet gaat wisselen. De ervaring leert dat wisselen van voer veel problemen kan geven.
We willen graag dat u zonder kinderen komt als de pup gehaald wordt zodat we in alle rust nog het een en ander kunnen vertellen. Er wordt een koopcontract opgesteld van de NVSW waarin een aantal zaken geregeld wordt.

De pups zijn direct na de geboorte kort nagekeken door onze dierenarts. Zelf heb ik al gecontroleerd of alle verhemeltes gesloten zijn, of de anusgaatjes open zijn.
Op het moment dat de pup meegaat is hij al 4 keer ontwormd en heeft hij zijn eerste puppy enting gehad. Het ontwormen moet je goed blijven doen het eerste half jaar!

Ontwormschema:

2, 4, 6, 8 weken (deze worden door ons gedaan)
12, 16, 20, 26 weken. Daarna elke 4-5 maanden tenzij de hond vlooien heeft gehad dan ook altijd ontwormen omdat vlooien lintwormen kunnen overbrengen.
Meer informatie vindt u in het artikel wormen.

Als de pups zes weken oud zijn komt onze dierenarts om ze te enten. Deze eerste enting is tegen hondenziekte en parvo.
De tweede inenting is wederom tegen parvo maar nu met verzwakt vaccin en hondenziekte, leverziekte, ziekte van Weil en soms ook de kennelhoest / parainfluenza en kennelhoest / bordetella. De derde inenting is een herhaling van de tweede.

Vaccinatieschema:

6 weken (deze wordt door ons gedaan)
9 weken en 13 weken. Daarna elk jaar.

Als de pup na een paar dagen een beetje gewend is wordt het tijd voor het eerste bezoek aan uw dierenarts. Voor u is dat handig om de dierenarts te leren kennen als u dat nog niet deed en voor de pup is het prettig om kennis te maken zonder die vervelende injectie te krijgen. Uw dierenarts kijkt de hond even goed na om te zien of alles inderdaad in orde is. Wij willen graag van u horen wat de dierenarts van de pup vond. Dit mag het liefst per mail. Mocht er iets aan het licht komen wat daarvoor onopgemerkt is gebleven dan wordt er gehandeld volgens het koopcontract.

Nadat de pups zijn ingeënt gaan we door met ons socialisatie programma maar voor dat we daadwerkelijk met hen naar het park gaan worden ze behandeld met een vlooien- en tekenbestrijdingsmiddel. Wij gebruiken hiervoor altijd Frontline spray. Dit middel werkt tot 4 weken tegen teken en tot 8 weken tegen vlooien dus daar hebt u de eerste weken geen omkijken naar. Bovendien weerhoudt het ook luizen om uw hond als bloeddonor te gebruiken. Hou een hond vlovrij, het voorkomt een heleboel problemen en het bespaart u veel geld.

Vlooien / teken / luizen bestrijding:
met 6 weken (deze wordt door ons gedaan)
In de maanden april t/m oktober elke maand. Van november t/m maart elke 2 maanden.

Er is tegenwoordig een vlooien- en tekenband genaamd Seresto, die de hond tot 8 maanden beschermt tegen vlooien en teken. Als je weet dat je minder consequent bent in het toedienen van pipetjes dan is dit een uitstekend alternatief. De werkzame stof is imidacloprid, hetzelfde middel wat ook in de Advantage en Advantix zit.
Op de pagina vlooien en teken en luizen staat alles over deze ongenode gasten.

 

Voeding

 

De Stabijpups worden vier keer per dag gevoerd met een premium voer zoals Natural Health, Orijen, Acana, Profine of iets in dezelfde kwaliteit. (Het is maar net welk voer ik op dat moment aan de moeder geef) Naast de brokjes geef ik twee dagen per week diepvries vleesvoer van Prins, Carnibest, Naturis of Farmfood. Dit zijn complete voeders net als de brokken. Je hoeft er dus niets bij te geven. De pups vinden het heerlijk en het is lekker makkelijk om er medicijnen of wormmiddelen doorheen te mengen. Ook wanneer een hond een beetje zachtere ontlasting heeft grijp ik al gauw naar het vleesvoer. Het voorkomt veel problemen maar als er problemen zijn lost het de problemen vaak ook op. 
Naast het voer krijgen ze ook af en toe een kauwstaafje of een koekje. Bedenk dat elk pondje door het mondje gaat dus geef wat minder eten als de hond ’s avonds nog kauwmateriaal krijgt. De pups krijgen in eerste instantie alleen buffelhuid materiaal. Als dat goed gaat dan kun je eens een kalfspeesje geven. Gaat dat ook goed dan breid je het uit met bijvoorbeeld een varkensoortje. Als je alles meteen al door elkaar gaat geven en de hond raakt aan de diarree, dan weet je niet wat de boosdoener is geweest. 
Om de pup te trainen kun je het beste kleine trainertjes gebruiken. Geef de hond geen hele maar halve stukjes, hij merkt het verschil echt niet! De trainertjes zijn te koop in verschillende smaken.

Voedingsschema:
8 – 16 weken:
8.00 uur – 12.00 uur – 16.00 uur – 20.00 uur – voor het slapen gaan een paar brokjes in de bench strooien.  Na 20.00 uur het water weghalen. 

16 – 39 weken:
8.00 uur – 13.00 uur – 18.00 uur – voor het slapen gaan een paar brokjes. Water overdag onbeperkt aanbieden.

39 weken – … :
8.00 uur – 18.00 uur of het schema blijven houden van 3 keer daags voeren. Dit is beter dan 2 keer daags.

Uiteraard kunt u variëren met de tijden als er maar minimaal vier uur tussen elke maaltijd zit en als de laatste maaltijd maar niet na 21.00 uur gegeven wordt. Mocht het een keer zo uitkomen dat u later thuis bent en de hond nog geen eten heeft gehad, sla dan die maaltijd maar over. Zorg dat u een beetje wisselt met de tijden want anders leert uw hond klok kijken en dat kan vervelend uitpakken.

Hoeveel voer met 8 weken?
Prins Super Complete schijven: 2 schijven verdeeld over 4 maaltijden.
Carnibest, Naturis of Farmfood diepvriesvlees: 40 gram per kilo lichaamsgewicht per dag verdeeld over 4 maaltijden.
Proplan brokjes: ongeveer 220 gram per dag verdeeld over 4 maaltijden.

Dit is slechts een richtlijn. Voer vooral op zicht en laat de pup regelmatig wegen. De hond moet mooi schraal blijven, niet te verwarren met mager. De botten zijn nog heel zacht en de gewrichten zijn nog lang niet ontwikkeld. Overgewicht kan ernstige schade veroorzaken aan de beenderen en gewrichten.

 

 

 

De eerste dagen bij u thuis

Veel geluk met jullie wolfje…
Met deze titel begon ik tot nu toe altijd mijn informatie voor de nieuwe eigenaren.
Het is natuurlijk niet niks: je haalt een hond uit zijn bekende veilige roedel en je verplicht je zelf op dat moment om die roedel over te nemen. Een hond kan niet denken als een mens maar wij kunnen wel denken als een hond! Inmiddels is er zoveel bekend over hoe honden communiceren en leren dat we daar ons voordeel mee kunnen doen. Je kunt er niet genoeg over lezen om te leren je hond te begrijpen. Het is werkelijk heel interessante materie. Neem maar eens een kijkje in onze boekenkast!

Als de pups bij ons weggaan krijgen ze die dag een vleesmaaltijd. U krijgt van ons een aantal schijven mee voor die dag zodat u direct al een goede beurt maakt bij uw hond: ze vinden het verrukkelijk!
Bovendien is het lekker licht verteerbaar waardoor de kans op spugen tijdens de reis ook weer wat kleiner wordt. Overigens zijn honden tot een half jaar vaak wagenziek omdat het evenwichtsorgaan nog niet geheel ontwikkeld is. Als u de pup komt halen kunt u het beste een paar handdoeken mee nemen. De pup kan in de auto op schoot of in een boodschappen kratje wat u op schoot houdt, of in de bench vervoerd worden.
Eenmaal thuis gekomen laat u hem rustig de omgeving verkennen. Als hij moe wordt en wil gaan slapen legt u hem voorzichtig in de bench, kriebel hem nog even en doe het deurtje dicht. Ga voor meer informatie naar de pagina benchtraining.
Als hij wakker wordt laat u hem uit de bench en tilt u hem op naar buiten. De pup moet de eerste twee weken ongeveer elke twee uur even naar buiten, daarna kunt u de tijd tussen het uitlaten langzaam opvoeren.

Neem de hond de eerste paar nachten even in de bench mee naar uw slaapkamer of ga er zelf op een bedje naast liggen. Dit heeft niets te maken met vermenselijken of verwennen maar alles met vertrouwen geven. Hij is helemaal nieuw in een vreemde omgeving zonder zijn broertjes en zusjes en zijn moeder.  Als de pup ’s nachts piept doet u even uw hand door de tralies of u maakt even een kuch geluidje. De pup weet dat u er bent en voelt zich veilig. Na een paar nachten kunt u de bench met de pup beneden laten staan op de plek waar hij normaal gesproken ook staat of gaat u gewoon zelf weer fijn naar uw bed. Meestal zijn die paar nachten genoeg om de pup te laten wennen. ’s Nachts hoeft een pup niet uitgelaten te worden! Als u ’s avonds na 20.00 uur geen eten en geen drinken meer geeft en u laat de pup om ongeveer 23.30 uur uit dan kan de pup doorslapen tot ongeveer 6.00 uur. Zorg dat u hem ’s ochtends uitlaat voor hij zich zelf meldt. Zet dus de eerste paar dagen even de wekker op 5.30 uur om de pup uit te laten. Doe dit vooral rustig en zet hem daarna weer in de bench met bijvoorbeeld een lekkere gevulde Kong waar hij even zoet mee is. Gedurende de komende dagen voert u de tijd langzaam op naar een wat aantrekkelijker tijdstip om op te staan.

 

Zindelijk maken / zindelijk houden

Wij proberen de pups zindelijk af te leveren. Dat lukt niet altijd maar meestal slagen we er aardig in. Op een leeftijd van zes weken bieden wij ze ’s nachts niet meer de mogelijkheid om te plassen. Dat wil zeggen dat we geen puppypads of kranten neerleggen en dat we ze bij elkaar in één bench zetten. ’s Morgens al vroeg gooien we de terrasdeur open en mogen ze allemaal buiten plassen en poepen. In de woonkamer leggen we ook niet veel puppypads meer neer en we doen de pups elke anderhalf uur even naar buiten.
Als u hiermee doorgaat dan kan het niet anders of uw pup is in no time zindelijk. Leg in huis geen kranten of puppypads zodat hij helemaal niet leert dat hij in huis de behoefte mag doen. Wees heel alert! Gaat de pup rondjes draaien of snuffelen dan moet hij gegarandeerd plassen en/of poepen! Pak hem op en loop naar buiten. Een pup zal, wanneer hij opgetild wordt, de sluitspier stevig dichthouden dus u hoeft niet bang te zijn dat er een spoor van ontlasting of urine naar de buitendeur ontstaat. U vertelt hem enthousiast hoe braaf hij wel niet is en beloont eventueel met een klein trainer snoepje. Bedenk overigens van tevoren of uw hond in de tuin mag plassen en poepen. Als hij dat straks niet mag dan moet u het weer afleren… Het kan evenwel natuurlijk wel handig zijn als het eerste het beste veldje nog vijf minuten lopen is.

Als de pup buiten te druk is met andere dingen vergeet hij wel eens waarvoor hij nou eigenlijk buiten is. In dat geval zet u de pup zodra u binnen komt in de bench (tillend!) en probeert u het tien minuutjes later nog eens. (wederom tillend!)
Leer de hond eerst dat buiten de plek is om de behoefte te doen. Wandelen is in principe niet bedoeld om de hond uit te laten. Zorg dat u zelf helemaal klaar bent om te vertrekken en til dan pas de hond uit de bench. Ik leer ze altijd dat, als we naar buiten gaan, ze de halsband en de riem om krijgen. Daartoe zet ik de pup op tafel en lijn hem aan.

Een ongelukje gebeurt wel eens…
Straf uw hond nooit en ruim het op terwijl de hond dit niet ziet. Reden is dat hij het straks zelf gaat opruimen net als zijn moeder en nu ook zijn baasje doet. Door hem te straffen kan hij zo schrikken dat hij in uw bijzijn, en dus ook buiten, nooit meer zijn behoefte doet. Het is nog een pup en hij heeft nog niet helemaal door dat dit niet de bedoeling is. Ook wanneer u later een plasje ontdekt mag u de pup niet straffen. De hond weet absoluut niet waar het over gaat en associeert uw boosheid met datgene wat hij op dat moment aan het doen was. Doet hij de behoefte precies op uw mooie dure kleed? Eigen schuld dan had u het kleed maar even op moeten bergen of verruilen voor een goedkoper exemplaar.

Opvoeding

Rust, Regelmaat en Reinheid. Drie woordjes waar alles om draait!
Een hond opvoeden is niet anders dan een kind opvoeden. Het enige verschil is dat een kind leert dezelfde taal te spreken en zo verbaal iets duidelijk kan maken. Helaas gaat dat duidelijk maken in de loop der jaren weer over…
Volwassenen kunnen heel tegenstrijdig zijn in hun bewoording ten opzichte van hun lichaamstaal. Een hond kijkt voor het overgrote deel naar de lichaamstaal. Daarbij moet u zich bedenken dat hij elke gezichtsverandering kan waarnemen. Als de hond na een avond alleen te zijn geweest de tafelpoot aangevreten heeft en u komt binnen en ziet in één oogopslag de schade dan reageert de hond op uw gezichtsuitdrukking door een lage houding aan te nemen, de oren naar achteren te trekken en de staart tussen de poten te doen. “Hij weet dat hij fout is!” wordt dan vaak gezegd. Nee, hij weet helemaal niet dat hij fout is, hij ziet alleen uw gezicht dat niet erg vrolijk staat en hij doet zijn best om uw gezicht weer in een normale plooi te krijgen.
Met deze theorie in ons achterhoofd kunnen we de pup opvoeden waarbij we uitgaan van de leerprincipes van een hond.
Een belangrijk hulpmiddel bij dat opvoeden is een bench, wat je niet aanleert hoef je niet af te leren! Zo kan een situatie als hierboven ook altijd voorkomen worden.
Als u even geen tijd hebt voor de pup, doe hem dan in de bench. Zo voorkomt u dat hij “rottigheid” uit haalt.
Als u staat te koken, doe de pup dan in de bench. Zo voorkomt u dat hij succes heeft als er per ongeluk eens iets van het aanrecht valt.
Als u gaat eten, doe de pup dan in de bench. Zo voorkomt u dat hij leert bedelen en succes heeft mocht er eens iets van tafel vallen. Zorg dat de bench een fijne plek wordt. Leg er af en toe zomaar wat lekkers in zonder dat de pup gezien heeft dat u dat doet. In de bench ruikt hij het lekkers en gaat er naar op zoek. Hij zal vaker uit zichzelf de bench in gaan om te kijken of er misschien nog wat te smikkelen valt. Meer informatie vindt u op de pagina benchtraining.

Leren / spelen

Een hond leert van successen. De hersenen stoppen met leren op het moment dat er (te) veel gestraft wordt. Het is dus belangrijk de hond zodanig te trainen dat hij geen fouten kan maken en alleen maar succes heeft.
U moet dus voor u gaat oefenen bedenken waar de valkuilen zitten en deze tevoren elimineren.
Het is het handigst om kort voor een maaltijd enkele oefeningen te doen. De pup heeft trek in eten en verdient het als hij de oefening goed uitvoert.
GOED = GOED! Maak niet de fout een oefening die correct uitgevoerd is nog eens te herhalen, het kan alleen maar slechter.

Een van de dingen die ik belangrijk vind is dat de pup geen succes heeft op ongedurig gedrag maar dat rustig wachten hem meer opleveren. Als hij met de pootjes tegen het deurtje van de bench duwt omdat hij er uit wil dan gaat het deurtje dus niet open! Ik wacht tot de pup uit zichzelf gaat zitten en open dan het deurtje. Staat hij, terwijl ik het deurtje open wil doen op, dan draai ik me om en laat het deurtje nog even dicht. Dit ritueel herhaalt zich net zolang totdat de pup rustig blijft zitten. Meestal snapt hij binnen enkele minuten wat de bedoeling is. Dit geldt ook voor de achterklep van de auto. Die gaat pas open als alle honden rustig blijven zitten en wachten op mijn goedkeuring om er uit te komen.

Een pup apporteert van nature. Hij komt al spelend met allerlei speeltjes in zijn bek naar u toe lopen. Het enige wat u hoeft te doen is hem belonen door met hem te gaan spelen. Win af en toe zelf het spelletje maar laat de pup ook eens winnen. Nooit winnen is niet meer met u spelen!
Tijdens dit spelen zeg ik regelmatig ‘apport’ terwijl de pup het speeltje vasthoudt en beloon ik hem door hem rustig te aaien. Ondertussen duw ik hem op de kont zodat hij bij me zit. Soms geef ik het commando ‘los’ waarna ik met mijn pink achter de hoektanden van de pup tegen het verhemelte duw om de bek te openen en het speeltje zo te bemachtigen. Na ‘los’ geef ik het speeltje met een commando ‘apport’ weer terug aan de pup en stop op onvoorspelbare momenten het spel. Dit spelletje spelen we enige malen per dag. Af en toe daag ik de pup zelf uit met een speeltje. Hiervoor gebruik ik het liefst een haltertje of een flosstouwtje waardoor hij leert om het speeltje in het midden vast te pakken. Ik zet de hond voor mij neer en geef met een ‘apport’ het speeltje in zijn bek. Als hij de bek niet opent dan help ik door voorzichtig met mijn pink vanaf de zijkant van de bek deze te openen en rol het haltertje er in. Terwijl ik dat doe zeg ik wederom regelmatig ‘apport’ en aai de pup rustig langs zijn kop en vertel hem rustig hoe braaf hij is. Ook dit herhaal ik meerdere keren per dag.
Als de pup dit een beetje door heeft begin ik met het echte apporteren. Daartoe lijn ik de pup aan en zorg dat er geen afleiding is. Ik laat de pup naast me zitten en gooi een klein verfrolletje of puppydummy een klein stukje van ons af. Op enthousiaste manier zeg ik ‘apport’! en ren met de pup samen naar het apport. De pup pakt meestal het apport wel op waarna ik achterwaarts terug naar de plek loop vanwaar ik gegooid heb en haal de pup middels de lijn naar me toe terwijl ik hem uitbundig prijs voor deze prestatie. Ook dit herhalen we enige malen per dag op een vaste plaats. Als de pup uit zichzelf naar me toe komt dan probeer ik de oefening zonder lijn. Als dat goed gaat verplaatsen we ons naar een andere ruimte of naar de tuin en beginnen eerst weer aangelijnd. Langzamerhand breiden we ons oefenterrein uit naar plekken met afleiding. Meer oefeningen vindt u op de pagina puppy training.